Vijf


De herder mag zweep en touw niet loslaten

anders zal de os zeker wegvluchten.

Maar eenmaal getemd, tot rust gebracht en verzorgd

is de os een volgzaam en zachtmoedig dier,

dat dwang en aansporing nauwelijks nodig heeft.

 

Hoe moeilijk is het toch iemand duidelijk te maken wat mediteren is! Waarom mediteer je? Word je er beter van? Verandert het je?

 

Begrijpelijk dat je al snel voor een zonderling wordt aangezien als je moet toegeven dat zen geen therapie is, geen ontspanningstechniek is, zelfs geen expliciet doel heeft.

 

Maar waarom houden zo veel mensen er zich dan mee bezig? Het moet toch ergens toe leiden, er moet toch een manier bestaan om er profijt uit te halen?

 

Je komt dan maar aandragen met Ruusbroec en zijn wijzeloze weg om tot God te komen. Vooruit dan maar, een gezagsargument, weliswaar als zwaktebod. Die oude mysticus wist al dat er niet één juiste wijze van mediteren was, dat ze alle hun beperkingen hadden en dat je dus maar beter je heil zoeken kon in de methode-voorbij-alle-methoden. De efficiëntste wijze is de wijzeloze weg, de niet-efficiënte! Er is geen juist pad, er is alleen maar het zitten als uitdrukking van niet-weten. En of je dan zweert bij (za)zen, shikantaza, soto, rinzai, vipassana, theravada, mahayana (wat klinken die woorden als poëzie in de oren), het maakt tenslotte niet uit, want waar het op aankomt is…..het temmen van je gedachten.

 

Ons hoofd zit vol ossen, vol gedachten die alle kanten op willen. Onze gedachten (verlangens, gevoelens, driften) hebben zo hun eigen willetje; ze smeken om aandacht, desnoods met het geweld van de obsessie. Ze dreigen, ze flemen, fluisteren of bulderen, zijn lief of brutaal, vasthoudend, listig en leep. En wij, wij trappen in de val, wij laten ons door dat soort ossen het veld in sleuren, wij laten hen het voortouw nemen. Weinigen is het gegeven zweep en touw te gebruiken om ze een voor een in toom te houden. Uit luiheid, gemakzucht, onvermogen of onachtzaamheid staan wij onze gedachten toe met ons op de loop te gaan. Zelfs als we rationeel ervan overtuigd zijn dat zij en ons ik niet samenvallen, laten we ons om de tuin leiden, geven we emotioneel te veel toe aan hun listen. Of ze nu onbewust jarenlang freudiaans liggen te sluimeren, of pijnlijk bewust hier en nu opduiken, de kans is gering dat we ze laten voor wat ze werkelijk zijn: wolkjes die tegen de blauwe hemel die wij ons ik durven noemen, verschijnen en dan weer oplossen.

 

Soms hopen we dat we met ons kritisch vermogen voldoende gewapend zijn om de ossen te lijf te gaan, want we hebben geleerd een onderscheid te maken tussen goed en kwaad, oorzaak en gevolg, geheel en detail. Anderzijds blijven we zo dwaas en naïef dat we vergeten dat dat kritisch vermogen ons tenslotte ook maar aangepraat is door het naturalistische trio erfelijkheid, milieu en opvoeding, dat de negentiende-eeuwse literatuur ons zo rauw onder de neus heeft gewreven. Ons kritisch denken is te zwak als medicijn tegen onze bedwelmende, opzwepende of deprimerende gedachten. Het enige wat helpen kan is de wijzeloze wijze, het niet-denken, waarmee we de gedachten geen kracht en macht over ons zelf meer toekennen, ze gewoon laten bestaan, observeren, benoemen en er afscheid van nemen.

 

Helpt ons al deze wijsheid in ons dagelijks leven? Wat heb je eraan als je kinderen onuitstaanbaar zijn, als je buur nachtlawaai maakt en je baas je net ontslagen heeft? Op het eerste gezicht lijkt het bovenstaande loos gepraat. Het klinkt wijs en onthecht, maar het zweemt zo te horen naar praat voor de vaak.

 

En toch, zou het niet al een heel klein beetje helpen als we aanvoelden dat er geen ene manier bestaat om met de lasten van het leven om te gaan. Zou het niet helpen af en toe eens die wijzeloze wijze in gedachte te houden? Zou het niet praktisch van nut kunnen zijn alle hinder, waar we zelf voor zorgen of waar we het weerloze slachtoffer van zijn, te beschouwen als tamme, volgzame en zachtmoedige ossen, of...als verdampende wolkjes? Als dat niet helpt, dan is er nog altijd het louter zitten in aandacht. Dàt helpt beslist. Op lange termijn.